inductief redeneren in de wiskunde

Als buitenlander kom je in België je vakantie doorbrengen. De voorbije week ben je iedere dag met Belgen op stap geweest. En iedere keer blijkt dat al die Belgen van bier houden. Zo ook vandaag – weer van hetzelfde : al je Belgische vrienden zijn zot van het gerstenat. Jouw conclusie : ‘alle Belgen lusten bier’. Op school leren ze je dat dit een inductieve manier van redeneren is.   Iedere keer dat je opnieuw Belgen ontmoet die bier lusten, vind je dat jouw conclusie bevestigd wordt. Helaas kan er altijd een Belg tevoorschijn komen die géén bier lust. Dat is het probleem met inductie. Hoeveel bierlievende Belgen je ook tegenkomt, je bent nooit zeker van je zaak.

Maar dat is niet alles…

De uitspraak ‘Alle Belgen lusten bier’ is logisch equivalent met ‘Wie geen bier lust is geen Belg’. Telkens we dus een Fransman tegenkomen die wel Camembert lust, maar geen bier, of een Brit die wel Europa lust, maar geen bier, is dit een bevestiging van de uitspraak ‘Wie geen bier lust is geen Belg’.

Maar logisch gezien is dit tevens een bevestiging van ‘Alle Belgen lusten bier’ !  Met andere woorden : als we een Chinees tegenkomen die geen bier lust is dit een bevestiging van de wet dat alle Belgen bier lusten.

Voelt een beetje <a href="http://thesciencehouse lasix pills.be/geschifte-berekeningen/” target=”_blank”>raar hé inductie ?  Dank meneer Hempel – hij kwam hiermee af.