[vc_row][vc_column][us_image image=”4855″ size=”us_600_600_crop”][vc_column_text]
Poëzie
Als je vloekt op die algebraïsche uitdrukking met al die a’s en b’s en c’s en x’en, lees dan eens hoe ze het vijfhonderd jaar geleden formuleerden in woorden. Indien je het onmiddellijk begrijpt, nomineren we je voor de slimste mens ter wereld.
“Als de derdemachten en de zaken tezamen gelijk zijn aan een getal, zoek dan twee andere getallen die hiermee verschillen. Dan zult u dit als gewoonte houden dat hun product altijd gelijk moet zijn precies aan de derde macht van eenderde van de zaken. Dan als algemene regel hun derdemachtswortels afgetrokken, en het verschil zal gelijk zijn aan uw principale zaak. In de tweede van deze handelingen als de derdemacht alleen overblijft zult gij deze andere afspraken nakomen : u zult terstond het getal in tweeën delen zodat de ene maal de andere duidelijk produceert de derdermacht van eenderde van de zaken precies. Dan van deze twee delen, als te gehoorzamen regel, zult u nemen de derdemachtswortels tezamen opgeteld, en deze som zal uw gedachte zijn. De derde van deze berekeningen van ons, wordt opgelost met de tweede als gij goed oplet, daar zij in hun aard bijna gelijk zijn.”
Het is de oplossing van de derdegraadsvergelijking die Tartaglia in 1546 aan Cardano gaf.[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]